sepsis/koorts bij neutropenie
Adviezen
Prioriteit | Medicatie | Opmerking |
---|---|---|
Prioriteit: 1e keus |
Medicatie: ceftazidim iv 2000mg 3dd of
ceftazidim iv oplaaddosis 2000mg, 6000mg continue per 24 uur |
Opmerking:
SWAB remarks hoog risico |
Prioriteit: 1e keus |
Medicatie: cefepim iv 2000mg 3dd |
Opmerking:
SWAB remarks hoog risico |
Prioriteit: 1e keus |
Medicatie: piperacilline/tazobactam iv 4000/500mg 4dd |
Opmerking:
SWAB remarks hoog risico |
Prioriteit: 2e keus |
Medicatie: meropenem iv 1000mg 3dd of
meropenem iv oplaaddosis 1000mg, 3000mg continue per 24 uur |
Opmerking:
SWAB remarks hoog risico |
Prioriteit | Medicatie | Opmerking |
---|---|---|
Prioriteit: 1e keus |
Medicatie: amoxicilline + clavulaanzuur po 500/125mg 3dd +
ciprofloxacine po 500mg 2dd |
Opmerking:
SWAB remarks standaard risico, laag risico complicaties: hoge MASCC score (≥ 21) |
Prioriteit: 1e keus |
Medicatie: moxifloxacine po 400mg 1dd |
Opmerking:
SWAB remarks standaard risico, laag risico complicaties: hoge MASCC score (≥ 21) |
Prioriteit: 1e keus |
Medicatie: ceftriaxon iv 2000mg 1dd |
Opmerking:
SWAB remarks standaard risico, hoog risico complicaties: lage MASCC score (< 21): zie sepsis onbekende verwekker. Zie sepsis richtlijn voor alternatieve opties. |
Bronnen
Antimicrobiële middelen
De volgende antimicrobiele middelen zijn verwerkt in deze adviezen:
Externe referenties
Categorie
Metadata
Swab vid: G-7759.3
Bijgewerkt: 06/13/2022 - 16:42
Status: Published
Algemene opmerkingen
MASCC score berekenen: MASCC Risk Index for Febrile Neutropenia - MDCalc
Bij aanwezigheid van een centraal veneuze catheter (CVC) wordt toevoegen van Gram-positieve dekking (bijv. vancomycine of linezolid) alleen aanbevolen bij een hemodynamisch instabiele patiënt, of bij klinische verdenking op een geïnfecteerde CVC.
Bij de patiënt die met sepsis op ICU is opgenomen wordt in geval van ceftazidim, meropenem of piperacilline-tazobactam continue dosering aanbevolen, waarbij een oplaaddosis gegeven dient te worden.
Bij kolonisatie met een ESBL of een resistente Pseudomonas moet de therapie hierop aangepast worden
Empirische antigist-therapie (bijv. een echinocandine) wordt alleen aanbevolen in hoog-risico-settings (bijv. ICU opname, enterocolitis), in combinatie met een van de volgende:
-persisteren van gisten in surveillance kweken
-of patiënt heeft geen anti-gist profylaxe gehad
Het toevoegen van glycopeptiden (vancomycine) wordt aanbevolen bij ernstige sepsis en risicofactoren voor de aanwezigheid van penicilline resistente streptokokken, zoals penicilline profylaxe.
Breed spectrum antibiotica moeten gestopt worden na 72 uur bij klinisch stabiele patiënten met persisterende febriele neutropenie, indien er geen klinisch of microbiologisch bewijs voor infectie is. Bij deze patiënten moet orale profylaxe gericht op Gram-negatieve microorganismen gecontinueerd worden zolang de neutropenie duurt.